In juni 2019 startte de regio Rijk van Maas en Waal met de ‘Regionale Klimaat Adaptatie Strategie’ (RAS). Daarin hebben we afge­spro­ken dat de regio Rijk van Maas en Waal, kli­maat­bestendig en waterrobuust moet zijn. Bij voorkeur in 2035, maar uiterlijk in 2050.

Klimaatregio rijk van maas en waal

Dat betekent dat we maatregelen nemen, zodat:

  • We hevige neerslag goed kunnen opvangen en verwerken
  • We zo min mogelijk schade ondervinden door langdurige droogte
  • De effecten van extreme hitte worden verminderd én er voldoende koele verblijfplekken aanwezig zijn
  • Overstroming door rivieren voorkomen wordt

De plannen uit de RAS zijn daarna concreter gemaakt in een ‘uitvoeringsagenda’. Hierin benoemt de regio negen speerpunten, waarmee de regio op korte termijn resultaten wil bereiken. Hieronder lees je de adaptatiestrategie en het uitvoeringsprogramma:

Wat doet het waterschap?

We sluiten aan bij de regio en kijken goed naar het landschap

Als waterschap zijn we één van de partners in de regio. We nemen maatregelen die aansluiten bij de regionale plannen. We hebben daarnaast ook gekeken welke locaties extra gevoelig zijn voor de toe­ne­men­­de weersextremen. Verdroging, wateroverlast of watertekort bijvoorbeeld. Op deze plekken kunnen weersextremen zorgen voor schade bij inwoners, land­bouwers, telers en natuur.

We gaan in het Rijk van Maas en Waal uit van zeven klimaatkwetsbaarheden in het waterbeheer:

Hoog en laag water bij Nijmegen
Hoog en laag water bij Nijmegen
  1. Watertekort en verslechtering van waterkwaliteit door afnemende kwelstomen op de stuwwal.  Kwelwater en neerslag van de stuwwal bij Nijmegen voedt het gebied normaal gesproken met goede kwaliteit water. In droge tijden valt deze ‘blauwe motor’ stil. Dit zorgt voor minder water en slechtere kwaliteit water in de omgeving.
  2. Wateroverlast op de steile helling van de stuwwal. De stuwwal bij Nijmegen bestaat uit steile hellingen en beeksystemen. Bij extreme neerslag kan er wateroverlast ontstaan.
  3. Watertekort op oeverwallen door grote watervraag en lange aanvoerroutes. Hoge oeverwallen langs de Waal hebben in droge tijden last van water dat richting de rivier wegtrekt. De aanvoerroutes van water zijn hier lang. Als er vanuit de fruitteelt veel water gevraagd wordt dan kan een watertekort ontstaan.
  4. Verdroging van natuur bij Leuth, de Ooijpolder en de Hatertse & Overasseltse vennen. In deze gebieden kunnen we geen water inlaten. Deze gebieden kunnen verdrogen. Bijvoorbeeld als er weinig regen valt. Of als de rivier laag staat en/of er weinig kwelwater van de stuwwal komt.
  5. Wateroverlast door snelle afvoer naar gemaal. De Grote Wetering in de gemeente West Maas en Waal stroomt door komklei naar het laagstgelegen gebied. Bij extreme neerslag kan wateroverlast ontstaan in dit laagstgelegen gebied.
  6. Schade door zetting bij laagwater en wateroverlast bij hoogwater. in de buurt van de Waal kan een lage rivierstand zorgen dat water naar de rivier wegtrekt. Dit kan zorgen voor zetting van gebouwen. Een hoge rivierstand zorgt voor kwel. Dit kan zorgen voor wateroverlast.
  7. Slechtere waterkwaliteit van inlaten langs de Maas: De Maas is een gestuwde rivier, met een lage stroomsnelheid. Een groot gebied is afhankelijk van water uit de Maas en het Maas-Waalkanaal. De waterkwaliteit kan hier verslechteren. Bijvoorbeeld door blauwalg in warme perioden.

We voeren maatregelen uit om de kwetsbaarheden te verminderen

Met het inzicht in kwetsbaarheden kunnen we keuzes maken. Aan welke knoppen moeten we draaien om de kwetsbaarheden te verminderen? Dit beschrijven we in ons ‘Waterschaps Uitvoerings Plan’ (WUP). Dit plan beschrijft welke klimaat­maat­regelen we gaan uitvoeren in het Rijk van Maas en Waal. We doen dit samen met partners zoals gemeenten. Maatregelen die we de komende jaren gaan uitvoeren zijn bijvoorbeeld:

  • Maatregelen tegen droogte en verslechterde waterkwaliteit:
    Automatische stuw
    Automatische stuw
    • Zorgen dat water beter infiltreert. Dit doen we in Berg en Dal, Heumen en Nijmegen.
    • Stimuleren dat agrariërs meer water vasthouden. Dit doen we in alle gemeenten in het Rijk van Nijmegen en Land van Maas en Waal.
    • Stuwen automatiseren zodat we nog efficiënter water vast kunnen houden. Dit doen we in Beuningen, Druten, West Maas en Waal en Wijchen.
    • Water- en klimaatbuffers aanleggen. Dit doen we in Druten, West Maas en Waal en Wijchen.
    • Onderzoeken hoe we het beste water kunnen inlaten vanuit de Maas en het Maas-Waalkanaal. Dit doen we in Beuningen, Druten, West Maas en Waal en Wijchen.
  • Maatregelen tegen wateroverlast:
    • Meer water vasthouden in de bodem, zodat dit water niet voor overlast zorgt. Dit doen we in alle gemeenten in het Rijk van Nijmegen en Land van Maas en Waal.
    • Stuwen automatiseren zodat we nog efficiënter water kunnen afvoeren. Dit doen we in alle gemeenten in het Rijk van Nijmegen en Land van Maas en Waal.
    • Water- en klimaatbuffers aanleggen. Dit doen we in Beuningen, Druten, West Maas en Waal en Wijchen.